Stoffelijk overschot naar een ander land vervoeren

Wilt u een overledene naar een ander land vervoeren? Hiervoor heeft u een aantal documenten nodig. U vraagt deze documenten aan bij de gemeente waarin de persoon overleden is.

U mag een overledene vanuit het buitenland naar Nederland vervoeren. Ook mag u een overledene vanuit Nederland naar het buitenland vervoeren. U heeft daarvoor een aantal documenten nodig. Bij binnenkomst in Nederland moet u deze documenten aan de douane laten zien.

De voorwaarden voor het vervoer van een stoffelijk overschot zijn:

  • U heeft de volgende documenten in uw bezit:
    • de overlijdensakte
    • een door de bevoegde autoriteit afgegeven verklaring, bijvoorbeeld:
      • een medische verklaring van een dokter of lijkschouwer
      • een bewijs van natuurlijke dood of een verklaring van de officier van justitie
    • een verlof tot begraving of verbranding, of een laissez-passer
      • Vervoert u de overledene binnen de Benelux? Dan heeft u een verlof tot begraving of verbranding nodig.
      • Vervoert u de overledene naar een land buiten de Benelux? Dan heeft u een laissez-passer nodig.
      • Vervoert u de overledene vanuit een land buiten de Benelux naar Nederland? Dan heeft u een laissez-passer nodig
  • U vervoert het lichaam in een waterdichte kist.

Is de persoon in het buitenland overleden? Dan gaat u naar de lokale autoriteiten in het land van overlijden, bijvoorbeeld het gemeentehuis. Eventueel kan de Nederlandse ambassade of het consulaat u hierbij helpen.

Zo vraagt u de overlijdensakte en de laissez-passer of toestemming voor begraving of verbranding in Nederland aan:

  • U neemt contact op met de gemeente waar de persoon overleden is.

Overleden in het buitenland en doodverklaring

Net als in Nederland, moet in vrijwel ieder land een arts de persoon officieel doodverklaren. Zeker in Westerse landen is dit proces vergelijkbaar met dat in Nederland. Bij de doodverklaring stelt de schouwarts onder andere vast of de dood natuurlijk of niet-natuurlijk was. Onder niet-natuurlijk wordt verstaan: een overlijden als gevolg van een ongeluk of misdrijf.

Bij een niet-natuurlijke dood vindt er vrijwel altijd een autopsie plaats, waarbij het lichaam door een patholoog wordt onderzocht. Dit kan in het betreffende land plaatsvinden, maar soms ook in Nederland. Het is verstandig om de verzekeraar van de overledene zo snel mogelijk te raadplegen. De verzekeraar kan de nabestaanden vertellen of de kosten hiervoor gedekt worden en helpen met de repatriëring van het lichaam.

Aangifte van overlijden en laissez-passer

De aangifte van overlijden wordt in eerste instantie in de buitenlandse gemeente waar de persoon is overleden gedaan. Wanneer deze aangifte is verwerkt, kan de overlijdensakte worden opgevraagd. Meestal wordt de overlijdensakte samen met het lichaam mee naar Nederland gebracht. Ook geven lokale instanties een zogenaamde laissez-passer af. Dit is een document dat de nabestaanden toestemming geeft om het lichaam van de overledene naar Nederland te vervoeren.

Het kan in enkele gevallen voorkomen dat lokale autoriteiten dit document niet willen of kunnen afgeven. In dat geval kan de Nederlandse ambassade in het betreffende land hierbij bemiddelen. Voordat de Nederlandse ambassade bemiddeld, moeten de nabestaanden al aantoonbaar voorbereidingen getroffen hebben voor het vervoer van het lichaam naar Nederland. Ook een uittreksel uit het overlijdensregister en doktersverklaring is hiervoor nodig.

Met de overlijdensakte uit het buitenland kan vervolgens ook aangifte gedaan worden in Nederland. Deze aangifte moet in Nederland plaatsvinden bij de gemeente waarin de overledene woonachtig was. Vanaf dit moment volgt het proces de gebruikelijke route tot de uitvaart.

Regelen repatriëring

Het vervoer van de overledene terug naar Nederland wordt repatriëring genoemd. Repatriëring is duur, zeker vanuit afgelegen gebieden in het buitenland. De meeste Nederlanders zijn echter met een reisverzekering verzekerd voor de kosten van repatriëring. Repatriëring mag pas plaatsvinden na de overlijdensaangifte in het land van overlijden. Ook eventuele onderzoeken naar de doodsoorzaak moeten volledig afgerond zijn. Repatriëring is mede hierom een proces dat veel tijd in beslag kan nemen.

Meer informatie is ook te vinden op de website van de Rijksoverheid.

U mag de overledene niet later dan 6 werkdagen na overlijden begraven of cremeren in Nederland. Is dit niet mogelijk, omdat de overledene op of na deze 6 werkdagen in Nederland aankomt? Dan moet u de overledene zo snel mogelijk na aankomst begraven of cremeren. Neem hiervoor contact op met de gemeente waar de overledene wordt begraven of gecremeerd.

Als u een aanvraag of melding doet, heeft de gemeente uw persoonsgegevens nodig. De gemeente behandelt uw persoonsgegevens zorgvuldig. In de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) staat hoe de gemeente met uw persoonsgegevens moet omgaan.

De belangrijkste regels zijn:

  • De persoonsgegevens waar de gemeente om vraagt, zijn nodig voor het afhandelen van uw aanvraag of melding.
  • De gemeente registreert en verwerkt uw gegevens op een veilige, vertrouwelijke en zorgvuldige manier.
  • De gemeente gebruikt uw gegevens alleen voor het verwerken van uw aanvraag of melding (of voor iets wat daar rechtstreeks verband mee heeft).
  • Uw persoonsgegevens blijven niet langer bewaard dan nodig is voor het verwerken van uw aanvraag of melding.
  • Andere organisaties krijgen uw gegevens alleen als dit wettelijk verplicht is.
  • Als u hierom vraagt, dan vertelt de gemeente u waarvoor de gegevens nodig zijn en wat ermee gebeurt.